Birke heeft een kleine broer, Magnus. En Magnus heeft een grote zus, Birke. Dat vinden ze allebei steeds leuker, zeker nu Magnus alles wil nadoen wat Birke doet. Hij springt op de bank net als Birke, maar hij weet ook wanneer hij beter even opzij kan gaan.
Omdat Birke 's nachts bang was van monsters, hebben Papabeer en Birke samen monsters getekend en 'schieters' gemaakt van een wc-rolletje en een ballon. Met de schieter kan Birke de monsters omverschieten, maar bij het ontbijt mag Magnus ermee spelen.
Met de blokken kan Birke al een hoge toren bouwen en Magnus doet niet voor haar onder. Alleen vindt Birke het niet leuk als Magnus de toren omgooit. Daarom maken ze allebei een eigen toren, die ze best mogen omgooien.
Opeens bedenkt Birke een nieuw spelletje dat Magnus meteen heel erg leuk vindt. Ze sleept hem de hele kamer door op het kleed en hij kraait het uit van plezier!
Muziek maken vinden ze ook allebei leuk. Vooral trommelen, want dat maakt het meeste lawaai en je kunt ook trommelen met spullen uit de keuken als je broertje de trommel al heeft. Rommeldebombom-pets!
Nadat ze tikkertje hebben gespeeld, zijn ze allebei wel toe aan iets lekkers. Even met een banaantje voor de televisie, dus. Birke kan de banaan al zelf afpellen, Magnus eet stukjes uit zijn bord.
Voor het middagslaapje wil Birke nog even de monsters verslaan. Niet met de schieter, maar 'Ha-jaa!' met het zwaard!
Na het slaapje gaat de Berenboel naar de stad, waar een hele leuke markt is. Er zijn kraampjes met spullen, een luchtkussen, stoere mannen met muziek en een dansjuffrouw. Er is ook een man die een bakfiets heeft omgebouwd tot draaimolen en daar wil Birke dolgraag op. Magnus is nog te klein om zelf op de draaimolen te zitten, dus hij houdt Birke's pop wel even vast. Zoals een lief broertje dat doet voor zijn zus.
Zouden ze morgen nog zo lief zijn voor elkaar?
Welterusten.
